Onderwijs

De structuur van onze lessen geeft onze leerlingen houvast. Onze docenten houden met behulp van deze structuur het leerproces in de gaten. Zo gebruiken zij bijvoorbeeld allemaal het schoolbord op dezelfde manier voor overzicht en duidelijkheid. Leerlingen krijgen voor de theoretische vakken les in hun vaste leslokaal. Voor de praktijklessen worden zij begeleid naar het desbetreffende praktijklokaal.

De lessen zijn opgebouwd uit de volgende elementen:

  • Doel van de les en leerdoelen
  • Voorkennis activeren en koppelen aan de nieuwe stof
  • Instructie van de nieuwe stof
  • Begeleiden van zelfstandig werk of groepswerk
  • Afsluiting met terugkoppeling naar de doelen

Basisondersteuning

Om aan te kunnen sluiten bij de ondersteuningsbehoeften van onze leerlingen is er de zogenaamde basisondersteuning binnen school die voor alle leerlingen geldt.

Mentor

Elke klas heeft een eigen mentor. De mentor is verantwoordelijk voor de begeleiding van de individuele leerling en de klas als groep. De mentor kent de achtergronden van elke leerling, houdt ontwikkelingen nauwgezet bij, is het aanspreekpunt voor leerlingen, vakdocenten en ouders/verzorgers en van eventuele externe betrokkenen zoals hulpverlening. De mentor voert individuele gesprekken over bijv. gedrag en leerresultaten.

Ontwikkelingsperspectief plan

Door te werken vanuit het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) sluit de school goed aan bij de mogelijkheden en onderwijs ondersteuningsbehoeften van iedere individuele leerling. De mentor en de leerling kunnen doelgericht werken aan de leerdoelen en het ontwikkelproces kan systematisch worden gevolgd. Onderpresteren kan eerder opgemerkt en voorkomen worden doordat een leerling een reëel doel heeft om naar toe te werken en zo eerder succeservaringen kan opdoen. Dit alles heeft een positief effect op het zelfbeeld.

Pedagogisch hulpverlener (PHV’er) en leerlingcoördinator

Op de Prof. dr. Gunningschool werken verschillende pedagogisch hulpverleners. Zij maken deel uit van de ondersteuning die wij onze leerlingen geven. De PHV’ers ondersteunen zowel in als buiten de lessen.

De leerling coördinator verzorgt de eerste opvang wanneer een leerling even niet meer in de klas kan functioneren. Ook vangt de leerling coördinator leerlingen op bij ongeoorloofd gedrag en bij calamiteiten.

Indien er zorgen zijn rondom een leerling heeft de leerling coördinator overleg met de mentor. Eén keer per maand vindt er een overleg plaats tussen onze leerling coördinatoren en de commissie van begeleiding (CvB) om onder meer de zorgleerlingen te bespreken.

Commissie van begeleiding (CvB)

De commissie van begeleiding bestaat uit verschillende orthopedagogen. Zij stellen de ondersteuningsbehoeften van leerling vast en nemen deze op in het OPP.

Aan iedere klas is een orthopedagoog verbonden, dit noemen wij de casemanager. De casemanager ondersteunt de mentoren en docenten. Een keer per twee weken vindt er een casemanager overleg plaats met de mentor, waarbij de voortgang van alle leerlingen uit een klas wordt besproken. Bij zorgvragen over een leerling organiseert de casemanager een multidisciplinair overleg (MDO).