Basisondersteuning

Om aan te kunnen sluiten bij de ondersteuningsbehoeften van onze leerlingen is er de zogenaamde basisondersteuning binnen school die voor alle leerlingen geldt.

De mentor is voor onze leerlingen de persoon waar alle relevante informatie m.b.t. de leerling samen komt. Informatie die komt van de leerling zelf, ouders/verzorgers, van andere betrokkenen binnen school en van eventuele externe betrokkenen zoals hulpverlening.  Indien er zorgen zijn over de ontwikkeling van de leerling brengt de mentor de leerling in de teamvergadering en/of bespreekt de leerling in het 2-wekelijks contact met de casemanager (orthopedagoog) vanuit de commissie van begeleiding.

Voor een aantal leerlingen en/of het systeem rondom de leerling kan met deze basiszorg onvoldoende worden aangesloten bij de ondersteuningsbehoeften. Een leerling kan dan door de mentor worden aangemeld bij commissie van begeleiding (met liefst ook informatie van ouders, leerling- coördinatoren, vakleerkrachten, leerwerkmeesters, etc). In overleg met de mentor en eventueel andere betrokkenen wordt dan gekeken welke extra begeleiding nodig is of welke aanpassingen er gedaan kunnen worden. Ook als een mentor of andere betrokkenen  binnen school handelingsverlegen zijn kan dit in commissie van begeleiding besproken worden. Dit noemen we dieptezorg.

Indien er over een leerling zorgen blijven bestaan of als we binnen school handelingsverlegen blijven, m.a.w. als de extra begeleiding vanuit de dieptezorg onvoldoende aansluit bij de ondersteuningsbehoeften kan de leerling worden besproken in een multidisciplinair overleg met alle betrokkenen.

Diepte ondersteuning

Het kan zich bij complexe problematiek voordoen dat de basisondersteuning onvoldoende toereikend is om het onderwijsleerproces van een leerling voldoende te kunnen stimuleren en/of beïnvloeden.